Webasto Volgende

Deze pagina beschrijft hoe je een Webasto Next laadstation aansluit op de SOLARWATT Manager.
Inhaltsverzeichnis

    Compatibiliteit

    Energiebeheer proManager flex 1.0 / flex 1.5 / railFirmware
    Webasto Live

    Webasto Volgende

    > 3.0.8.4

    Volledige compatibiliteit

    Geen compatibiliteit

    Mogelijk aantal actief gestuurde EV-laders in het energiebeheersysteem

    Energiebeheer proManager flex 1.0 / flex 1.5 / rail
    Keba13
    Webasto
    (Live/Next)
    11
    Alfen13

    Installatie en configuratie

    Interfaces: Ethernet, WLAN

    Toepasselijke documenten

    Tip

    De Manager flex is alleen compatibel met firmwareversie van de Webasto Next > 3.0.8.4. U kunt de huidige firmwareversie bekijken en bijwerken in de gebruikersinterface van de Webasto next (menuoptie: Systeem).

    • download de huidige firmware van de Webasto Charging website
    • Het updateproces wordt aangegeven door knipperende LED's op de EV-lader, start het updateproces indien nodig meerdere keren

    Vereisten

    • Webasto firmware > 3.0.8.4
    • Webasto Next was verbonden met het netwerk voordat deze werd ingeschakeld
    • Expertweergave van de gebruikersinterface

    Webasto Next configuratie

    • Roep de Webasto gebruikersinterface op in een browser
    • Roep de profielinstellingen op door op de gebruikersafkorting te klikken (in de schermafbeelding AD in de rechterbovenhoek van het scherm)
    • Activeer de expertweergave
    • Zet onder Autorisatie gratis opladen op aan
    • Backend menu: Verbindingstype instellen (Connection type) Geen backend
    • bevestig met Batterijopslag
    • HEMS-menu: communicatie via Modbus TCP instellen

    Instellingen:

    • Modus: HEMS geactiveerd
    • Poort: 502
    • Type verbinding: LAN
    • Stel de uitwijkwaarden voor de laadstroom in (Veilige stroom L1, L2, L3, laadstromen in geval van verbroken verbinding tussen Manager flex en Webasto Next)
    • bevestig met Batterijopslag
    • Netwerkmenu: integratie in het lokale netwerk (via WLAN of LAN)

    Integratie via WLAN

    • WLAN activeren (DHCP uit/aan)
    • WLAN-netwerknaam (WiFi SSID) en wachtwoord invoeren
    • DHCP activeren
    • bevestig met Batterijopslag

    Integratie via LAN

    • LAN activeren
    • DHCP activeren
    • bevestig met Batterijopslag
    • Menu Power: Stel de maximaal toegestane laadstroom in
    • Laadstroom (Operator current limit): maximaal toelaatbare waarde begrensd door de zekering van de huisverdeler
    • Geef het aantal aangesloten fasen op (Fasen aangesloten op EV-lader)
    • Specificeer de landinstellingen (Installatieregio)
    • bevestig met Batterijopslag

    Apparaat zoeken in SmartSetup

    Bepaalde apparaattypes worden automatisch gevonden en geïnstalleerd(automatische installatie)

    Andere apparaattypes moeten geïnstalleerd worden door het apparaatstuurprogramma te selecteren en het IP-adres of de hostnaam op te geven(handmatige installatie).

    Informatie over de installatietypes vind je in de onderstaande tabel.

    Automatische installatie

    Als het apparaat correct is geconfigureerd en beschikbaar is in het netwerk, wordt het groen weergegeven in de apparatenlijst.

    Handmatige installatie

    • Selecteer Select devices (Apparaten selecteren) in het vervolgkeuzemenu of zoek het overeenkomstige item in de onderstaande tabel.
    • Voer de vereiste specificaties in volgens de onderstaande tabel:
      • Zoekmodus
      • iP-adres of hostnaam, indien van toepassing
    • Klik op Apparaat toevoegen om te zoeken.
    • Voeg indien nodig meer apparaten toe aan de zoekopdracht.
    • Zodra u alle apparaten hebt toegevoegd waarnaar moet worden gezocht, klikt u op Apparaten zoeken en installeren.

    Correct geïnstalleerde apparaten herkent u aan de melding: Apparaat is geïnstalleerd. in de apparatenlijst. De lijst toont ook de huidige aanmaakgegevens.

    Stuurprogramma selecteren voor apparaat zoeken

    energiebeheer proManager flex 1.0 / flex 1.5 / rail
    Stuurprogramma Zoekmodus
    Webasto VolgendeApparaat niet ondersteundWebasto Live/Next laadstationSerienummer: kan worden bekeken op de Webasto gebruikersinterface (Systeemmenu)
    Hostnaam of IP-adres: kan worden bekeken via de gebruikersinterface van de router
    Verbonden fasen: zie installatieplan

    Problemen oplossen

    Als het apparaat niet wordt gevonden via automatisch zoeken / automatische IP-detectie, controleer dan of het apparaat beschikbaar is in het lokale netwerk (via netwerkscan - let op, voor een netwerkscan is voorafgaande toestemming van uw klant nodig - of toegang tot de lokale gebruikersinterface van de router).

    Start de apparaten indien nodig opnieuw op.

    Instellingen voor PV-optimalisatie

    Er zijn extra instellingen nodig om het apparaat te laten werken met een maximaal aandeel zonne-energie (PV-optimalisatie).

    De instellingen voor PV-optimalisatie worden gemaakt in de SOLARWATT Manager portal onder Optimiser.